Collectie Nederlands Dagboekarchief, 1850 – …

De Stichting Nederlands Dagboekarchief verzamelt en beheert (ongepubliceerde) dagboeken uit het hele Nederlandse taalgebied en maakt deze toegankelijk voor wetenschap en onderzoeksdoeleinden. De collectie van het Nederlands Dagboekarchief is in eigendom van het Meertens Instituut. Het bevat enkele duizenden dagboeken, merendeels uit de 20e eeuw. Klik hier voor een overzicht van alle dagboeken.

Overzicht van alle dagboeken

Collectie Nederlands Dagboekarchief, 1850 – …

 

 

Ferdinand van Keeken – Tineke

Ferdinand stuurt elke dag een ansichtkaartje naar zijn Tineke: ‘Het liep een beetje uit de hand’

LEZERS HELPEN LEZERS In deze rubriek elke week het verhaal achter een oproep uit de rubriek Lezers helpen lezers.

Ferdinand van Keeken stuurt al tien jaar elke dag een ansichtkaart naar zijn vriendin Tineke in Uithoorn, Noord-Holland. Meestal stuurt de 71-jarige Nijmegenaar er meer. Omdat hij langzaam maar zeker door zijn voorraad heen raakte, vroeg hij in een lezersoproep om meer – onbeschreven – ansichtkaarten. In een paar dagen tijd ontving hij er ruim tweehonderd, maar ze zijn nog steeds welkom.

Een kaartje om op te beuren
Wenskaarten, kerstkaarten, Valentijnskaarten? Nee, niet nodig, Van Keeken vraagt specifiek om ansichtkaarten: kaarten met het aanzien van een (inter)nationale stad of een dorp of landschap. De Nijmegenaar leerde tijdens de Vierdaagse van 1994 Tineke van Heuveln uit Uithoorn kennen. Toen Van Keeken tien jaar geleden hoorde dat het niet goed met zijn vriendin ging, stuurde hij een kaartje om haar wat op te beuren.

,,Vanaf dat moment stuurde ik vaker een kaartje, en zij stuurde weleens een kaart terug, ook al had zij een drukker leven. Het liep een beetje uit de hand. Nu schrijf ik dus dagelijks.”

Bron: De Gelderlander, 02-03-2021.
Auteur: Anja Bemelen. Foto: David van Haren

De grote rol van dieren in dagboeken

Gisteren was het 4 oktober, dierendag. In veel collecties van het Nederlands Dagboekarchief spelen dieren ook een grote en belangrijke rol. Zo zijn er dagboeken waarin verschillende dieren, met name huisdieren, worden beschreven. Soms zijn ze afgebeeld op de kaft of op bijvoorbeeld enveloppen, boekenleggers en postzegels die in het dagboek zijn geplakt.

In een van de collecties bevindt zich zelfs een dagboek dat geheel gewijd is aan een hond, een Schnauzer. Een dagboek over het leven van een hond dus. Het dagboek is geschreven rond 1980. In de eerste instantie werd er over de hond geschreven maar niet veel later veranderde dit in teksten geschreven aan de hond. Je ziet in het dagboek duidelijk dat er een maatschappelijke verandering plaatsvond in de jaren 80 met betrekking tot huisdieren. Ze werden niet meer gezien als alleen huisdieren maar als echte gezinsleden. De auteur van het dagboek wil na het overlijden van haar geliefde Schnauzer hem graag laten cremeren. In deze periode is dat nog zo nieuw dat de dierenarts dit nog niet eerder bij de hand heeft gehad. Het hele proces van afscheid nemen en de crematie wordt uitgebreid beschreven. Ook andere onderwerpen komen in het dagboek aan de orde zoals: de puppy-jaren, de eetgewoontes en allerlei eigenschappen van de hond, vrienden en vijanden en het gemis van zijn aanwezigheid na zijn overlijden.

Voor het Meertens Instituut, waar het Nederlands Dagboekarchief onderdeel van is, hebben dieren ook een bijzondere betekenis. Taalonderzoeker Leonie Cornips doet sinds een aantal jaren onderzoek naar communicatie in het dierenrijk. Dat betekend dat er in de Meertens- bibliotheek ook boeken op dit gebied te vinden zijn.

Dieren kunnen op een nog heel andere wijze een rol spelen in dagboeken. Neem nou de beer van een schoolklas, die ieder weekend bij een ander kind uit logeren ging. De ouders hielden daar een dagboek van bij. De basisschoollerares op wier initiatief dit gebeurde, heeft de zo ontstane reeks dagboeken van deze logeerbeer, Roos genaamd, aan het Nederlands Dagboekarchief geschonken. Voor ieder die het leuk vind om hier meer over te lezen, hierbij de link naar dit blog: https://www.dagboekarchief.nl/aanwinsten-2/dagboekarchief-krijgt-dagboeken-beer/
(  Dagboekarchief krijgt dagboeken van een beer )

       

Tekst: Kim, vrijwilliger Meertens Instituut Amsterdam / Nederlands Dagboekarchief Amsterdam
Foto’s: Meertens Instituut Amsterdam / Nederlands Dagboekarchief Amsterdam

Een leven in dagboeken

 

‘Ja, nu wil ik een Dagboek schrijven,’ noteerde de veertienjarige Eric Boeser midden augustus 1941 in een schrift met een gemarmerde harde kaft. Hij vertelde er niet bij waarom hij juist ‘nu’ een Dagboek wilde schrijven, maar wel dat dat niet zomaar kon: eerst ‘moet toch de geachte lezer iets van mij weten’. Daarom gaf hij de geachte lezer de volgende informatie:

School: Gymnasium, Haarlem
Klas: 1B
Lengte: Klein
Verdere bijzonderheden van de lichaamsbouw: Mager. Niet gauw bruingebrand in de zomer. Bruin haar.
Ziektes: Asthma (doch nu niet erg meer). Kinkhoest
Liefhebberijen: Tennissen. Schaken.
Hobby’s: Sparen van Radiobode’s, Omroepgidsen en “Doe Mee” nummers, welke laatste niets bijzonders is.’

Daar mocht de geachte lezer het mee doen. Veel meer over de schrijver had de hypothetische lezer natuurlijk kunnen ontdekken in het dagboek zelf, maar dat iemand ongeautoriseerd Erics aantekeningen zou lezen, was uiteindelijk niet de bedoeling. Dat gebeurde slechts één keer: toen Erics vader tijdens de oorlog de aantekeningen van zijn zoon controleerde en uitdrukkingen als ‘rotmof’ vond. Dergelijke woorden moest de jonge Eric van zijn vader onmiddellijk zwart maken, uit zelfbehoud Als het dagboek ooit in de handen van Duitsers was gevallen, had dat onaangename gevolgen kunnen hebben.

Eric Boeser

Tot op de dag van vandaag heeft niemand verder ooit Eric Boesers dagboeken gelezen. De nu 94-jarige Boeser leest af en toe wel zelf stukjes uit zijn dagboeken, uit nieuwsgierigheid of om iets op te zoeken. Gaandeweg is hij minder frequent gaan schrijven, en ook de inhoud veranderde in de loop der jaren. Over wat er in hem omging, kon en wilde hij als scholier nog niets op schrift stellen, zegt hij: ‘Op mijn veertiende was ik verliefd op een meisje in mijn klas, maar durfde zelfs dat niet in mijn dagboek te schrijven. Later ging ik wel over zulke dingen schrijven.’ Veertig dikke dagboeken staan inmiddels in een kast in zijn studeerkamer, want Boeser is na augustus 1941 nooit opgehouden met het bijhouden van een dagboek. Dit jaar viert hij zijn tachtigjarig jubileum als dagboekschrijver, misschien wel een unicum.

Boeser, die na een rechtenstudie in Amsterdam in de jaren vijftig notaris in Velsen werd, schrijft graag. Niet alleen dagboekaantekeningen, maar sinds 1952 ook poëzie, het liefst ’s nachts – ‘een notaris en een nachtdichter’ noemt hij zichzelf. Twee bundels van een aantal van zijn gedichten zijn nog niet zo lang geleden gedrukt. Hij heeft, vertelt hij, sinds hij op de lagere school kinderverhalen schreef, altijd ook de behoefte gehad om te schrijven. Of ook: ‘Een neiging om vast te leggen wat er gebeurd is. Er zijn zoveel mensen waarvan je te weinig weet. Ik had graag willen weten hoe mijn opa leefde, of mijn overgrootvader.’ Daarom heeft de ‘geachte lezer’ uit 1941 inmiddels een gezicht, en zelfs meerdere gezichten gekregen: ‘Ik schrijf mijn dagboeken nu ook voor mijn kinderen en kleinkinderen.’

Auteur: Monica Soeting

Geboortedagboeken

Pas geleden kwam ik in het archief een heel oud geboortedagboek tegen. Het dagboek bestond uit losse bladen, allen voorgedrukt met een afbeelding en/of print. Het geheel is afkomstig uit 1921.

In vroegere jaren werden er vaak handgeschreven geboortedagboeken bijgehouden. Omdat dit dagboek bestaat uit losse bladen en bij elkaar gebonden was met een strik, was het eenvoudig om er naar verloop van tijd zelf nog extra bladzijden met dagboekverhalen aan toe te voegen.

In het dagboek werd bijna alles vastgelegd: de lengte, het gewicht, de groeiontwikkeling, de bewegingen, eerste woordjes en de komst van het eerste tandje. Een verzameling van aantekeningen en herinneringen uit het jonge leven. Veel herinneringen verdwijnen op termijn gedeeltelijk of zelfs geheel uit je geheugen. Helemaal in situaties waarin er veel op je afkomt. Het dagboek was de ideale manier om alles vast te leggen.

Ook werd er bijvoorbeeld genoteerd wat de naam van de huisarts was, de naam van de verpleegkundige(n) en eventueel ook de naam van de geestelijke als de baby werd gedoopt.

De dagboeken werden geïllustreerd met foto’s, het originele geboortekaartje, felicitatiekaarten, gedichten, zelfgemaakte tekeningen/schilderijen, brieven en telegrammen met gelukwensen en raadgevingen, vaak nog in de originele envelop met postzegel of telegramzegel.

In sommige gevallen waren de dagboeken ook voorzien van een haarlokje in een piepkleine envelop. Ook voet-en handafdrukken en een foto van het geboortehuis werden vaak toegevoegd.

Ook vandaag de dag houden jonge ouders geboortedagboeken bij. Dat gebeurt in verschillende vormen. Vaak digitaal, maar de geschreven dagboekvorm komt ook zeker nog voor.

 


Tekst : Kim, vrijwilliger Meertens Instituut Amsterdam / Nederlands Dagboekarchief Amsterdam

Foto’s : Meertens Instituut Amsterdam / Nederlands Dagboekarchief Amsterdam

Spirituele Zoektocht

Het is alweer juli. We zijn heel blij dat we de werkzaamheden in het Meertens Instituut en het Dagboekarchief steeds meer kunnen oppakken. Sinds 19 april 2017 ben ik vrijwilliger bij het Meertens Instituut en het Nederlands Dagboekarchief. De afgelopen tijden heb ik geprobeerd om blogs te schrijven die hopelijk een inkijk hebben gegeven in het archief. De komende tijden heb ik het streven om onder andere over collecties te schrijven. Omdat het voor mij nieuw is, moet ik nog een weg hierin vinden. Maar het plezier in het schrijven over het archief geeft hier vast vanzelf vorm aan. Ook al geven vele auteurs van dagboekcollecties toestemming dat de collectie gebruikt mag worden voor bijvoorbeeld tentoonstellingen, toch is er besloten om bij het beschrijven van de collecties gebruik te maken van andere namen vanuit privacyoverwegingen.

In maart 2020, vlak voor de lockdown, werd er een grote collectie de afdeling opgebracht. Het geheel zag er al heel geordend uit. Het eerste dat dan moet gebeuren is het geheel inventariseren. Al heel snel zag ik dat het om een collectie ging met een spirituele tint. Wat een aanwinst weer. De afgelopen weken was het eindelijk weer mogelijk om met de collectie verder te gaan. Inmiddels staat hij klaar voor vertrek naar het depot van het IISG, waar de fysieke collectie van het Dagboekarchief staat. De collectie bestond uit dagboeken, bijgevoegde documenten en een brievencollectie. De auteur wilde de brieven in de eerste instantie weggooien maar besloot deze op het laatste moment toch nog bij te voegen. De auteur, ik noem haar maar Noortje, geeft met de dagboeken een interessante inkijk in haar leven. De collectie dateert uit de periode 1962-2020. Noortje begon de dagboeken te schrijven als jongvolwassene. Al snel kwam de liefde aan bod. In haar leven is zij twee keer getrouwd geweest en noemt beide heren ‘de liefde van haar leven’, van begin tot aan het einde liefgehad. Noortje schrijft heel inhoudelijk over haar relaties. Zowel de mooie kanten als de strubbelingen. Ook schrijft ze onder andere over haar baan als docent, een latere verandering in haar carrière, haar sociale leven en de jaren negentig in het algemeen, maar ook wat nieuw is in deze periode (videorecorders, magnetrons, vernieuwd betalingsverkeer en winkelwagentjes met munten). Na verloop van tijd besluit Noortje het schrijven van haar dagboeken om te zetten naar typen. Voor haar geeft dit een heel ander gevoel dat haar goed bevalt. Ze merkt dat de toon van haar dagboeken hierdoor ook anders wordt. Haar permanente zoektocht naar het hogere is een belangrijke rode draad in haar leven. Die zoektocht is, als je op deze collectie afgaat, voor haar nooit opgehouden. Ze zoekt in haar leven steeds naar groei en verbinding. Het is voor onze lezers en onderzoekers ongetwijfeld een interessante collectie om te lezen en te bestuderen.

Over lezers gesproken, hierbij gelijk nog een ‘huishoudelijke’ mededeling. Helaas kunnen we de leesdagen voorlopig nog niet organiseren, bijeenkomsten van die omvang zijn in het Meertens en in het IISG nog niet toegestaan. Uiteraard laten we het weten zodra we meer nieuws hebben. Intussen ben ik blij dat ik in ieder geval weer door kan gaan met het inschrijven. Een volgende keer doe ik daar graag weer verslag van.

Tekst: Kim, Vrijwilliger Meertens Instituut/Nederlands Dagboekarchief, Amsterdam

COLLECTIE NEDERLANDS DAGBOEKARCHIEF

RECENTE BERICHTEN

STEUN HET NDA

Word vriend(in) van het NDA!
Meld u aan als vriend(in)