Reisverhalen – Jacobus Craandijk

door Nina Wijsbek
Jacobus Craandijk

Omdat het Nederlands Dagboekarchief ook reisverhalen in de collectie opneemt is het misschien de moeite waard even stil te staan bij de wandelende predikant Jacobus Craandijk (1834-1912), die met recht een expert te noemen is op dit gebied. Aan het eind van de negentiende eeuw doorkruiste hij Nederland te voet. Zijn ervaringen schreef hij op en deze werden uitgegeven als de reeks Wandelingen door Nederland met pen en potlood door C. Craandijk. In deze boekenserie beschrijft hij ruim zestig wandeltochten die hij tussen 1874 en 1883 ondernam, wat een zeer gedetailleerd beeld oplevert van Nederland in deze periode. Met een wat nostalgische blik schrijft Craandijk over de landschappen en over de geschiedenis van de steden, dorpen en kastelen die hij passeert. Zo is in deel vijf van de Wandelingen het volgende te lezen over een bezoek aan Kasteel te Kessel in Limburg:

‘t Is niet zonder reden, dat de geschiedvorscher belangstelt in die oude burgten en edele huizen, wier bouwstijl en inrigting, ondanks de veranderingen door den tijd aangebragt, nog altijd van gansch andere behoeften, dan die wij kennen, blijven getuigen. […]. Zonder twijfel zijn die oude kasteelen, met hun vaak zoo grillige lijnen, hun hooge daken, hun diepe vensternissen, vrij wat schilderachtiger dan onze moderne huizen, en is ‘t vrij wat aantrekkelijker, in de holle gewelven, de geheimzinnige schuilhoeken, de half duistere kamers dier voorvaderlijke verblijven rond te dolen, dan de ruime gangen en vierkante, met spiegelruiten verlichte zalen, door dit geslacht gesticht, te doorwandelen. Maar als er sprake is van bewonen – ’t is soms ongeloofelijk, hoe zelfs hoog edele en zeer aanzienlijke geslachten zich hebben moeten behelpen. De gewoonte doet veel, en geen andere behoeften te hebben gekend, maakt ook met het zeer gebrekkige tevreden; maar stellen wij ons voor, wat het leven moet zijn geweest in die sombere kamers, bij dag door de in lood gevatte, vaak nog beschilderde, ruitjes, gedurende de lange avonden door een paar vetkaarsen, of op zijn allerbest door eenige waskaarsen verlicht, – in die afgelegen huizen, maanden lang haast ontoegankelijk, als de zandwegen modderpoelen en de kleiwegen ondoorwaadbaar waren, waar nooit een dagblad, zeldzaam een brief werd gebragt!

Craandijk had een enorme historische belangstelling en wist erg veel van de Nederlandse geschiedenis. Zijn passies, geschiedenis en wandelen, waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zelf schreef hij hierover bijvoorbeeld:

Om het verledene te begrijpen, is de kennis van huis en landstreek, door de voorgeslachten bewoond, van groote waarde. De gebeurtenissen worden beter begrepen, als het tooneel, waarop zij voorvielen, ons goed voor den geest staat, en ook in dat opzigt hebben die oude kasteelen en de aartsvaderlijke landschappen geschiedkundige beteekenis, zelfs al viel er niet veel bijzonders in voor.

Om de plek van bestemming te bereiken maakte Craandijk gebruik van de trein, de diligence of van de pas geïntroduceerde stoomtram, die in deze periode een geliefd vervoersmiddel werd voor het maken van dagtochtjes. Dat hij erg beeldend over de natuur die hij doorkruiste kon vertellen blijkt wel uit het vervolg van bovenstaande passage over het bezoek aan Limburg:

Tusschen Helmond en Venlo loopt de spoorweg door een doodsche, eentoonige landstreek. Vooral als wij het station Deurne voorbij zijn, ontvangen wij een’ treurigen indruk, want dan komen wij in de van ouds beruchte Peel, in de lage, vaak zoo verraderlijke veenen en moerassen, waar de weeke grond soms over een aanmerkelijke uitgestrektheid geen’ menschenvoet dragen kan. Vaal, donkergraauw, bijna zwart dikwijls, is de kleur van den bodem. Hier en daar blinkt een waterpoel, van spichtig rietgras omringd. Enkele schrale dennenboschjes en tal van bruine turfhoopen verheffen zich boven de eindelooze vlakte. Een eenzaam zandspoor verliest zich in de verte. ‘t Is een tooneel van woeste verlatenheid, zoover ons oog kan rondzien.

Alle teksten uit de serie Wandelingen door Nederland met pen en potlood zijn online te raadplegen op de website (klik) van de Digitale Bibliotheek voor Nederlandse Letteren (DBNL).

De citaten in dit blogje komen uit: Jacobus Craandijk,Wandelingen door Nederland met pen en potlood. Deel 5. Kruseman & Tjeenk Willink, Haarlem 1880.

 

COLLECTIE NEDERLANDS DAGBOEKARCHIEF

RECENTE BERICHTEN

STEUN HET NDA

Word vriend(in) van het NDA!
Meld u aan als vriend(in)